zondag 16 december 2012

Bèèh: jaar van het schaap

Wat er ook gebeurt, wat de Chinese jaarindeling ook moge zijn: 2013 mag voor mij het jaar van het schaap worden. Observatie van het schaap leert ons dat het edele dier eigenschappen heeft waarvan de mens het een en ander kan opsteken. In deze nadagen van december wil ik warm pleiten voor mijn wollige vriend, zonder schaapachtig te willen zijn.

Mijn eerste min of meer bewuste kennismaking met het schaap was in mijn kleutertijd. In de donkere dagen voor kerst moesten we met alle kinderen van de twee kleuterklassen van onze rooms katholieke dorpsschool de kerststal uitbeelden. Aangezien het aantal rollen beperkt is - Maria, Jozef, os, ezel, engel, een stelletje herders, drie koningen en dan heb je het wel gehad - werden alle overige kinderen schaap. Ik werd derhalve schaap.

De uiteinden van een witte papieren strook werden op de maat van mijn hoofd aan elkaar geniet, twee flapjes papier moesten daar aan worden vastgeplakt. Daarop mocht ik dan met een hardharig kwastje zelf watjes plakken met van die witte, korrelige lijm uit een potje - een klodderig zooitje. Het hele handeltje belandde op mijn kop. Al kruipend begaf ik me in de immense kudde om te worden geteld; we lagen immers bij nacht in het veld. Hoewel, het tafereel ontaardde in een kakafonie die lichtjes werd overstemd door het kerstkindje; een plastic speelgoedhuilbaby die een merkwaardig gekrijs voortbracht - de eigenaar had met een wasbeurt de inwendige elektronica onklaar gemaakt.

Goed voorbeeld
Het waren enkele jaren later ook schapen geweest die ons kalm aanstaarden als wij voetbaltraining hadden in het prachtige sportpark buiten ons dorp. Overigens, ik kon net zo goed voetballen als die beesten. Ik kon heus harder rennen, maar die bal was ook voor mij een hinderlijk obstakel. De schapen waren eigenlijk de enige wezens in de onmiddellijke omgeving van het veld die er oordeelvrij onder bleven.

In het onderwijs spellen mijn leerlingen sinds jaar en dag met 't Fokschaap X, ook bekend als agent nul-nul-bèèh. Ik vraag me nog steeds af waarom alle methodes die ik ken geen onderscheid maken tussen de stam (om te checken in verband d of t aan het eind van een PV verleden tijd of voltooid deelwoord) en de ik-vorm (om mee te spellen). Misschien komt het er ooit nog van. En dat mijn voorbeeld idioot is maakt niet uit; als de mij toevertrouwde schaapjes het maar onthouden. Het is immers goed om een schaap te volgen, als er tenminste één over het hek weet te komen.

Rust
Schapen staan voor mij over het algemeen symbool voor rust. Enkele beelden schieten me dan ook meteen te binnen. Zo kan het bijzonder prettig zijn om op een mooie, warme dag in een weiland te liggen en naar de lucht te kijken als er langzaam schapenwolkjes voorbij drijven. - Maar die grote wolken zijn ook leuk, waar je allemaal figuren in ziet. Dat dan ook weer.

Vanuit de trein zie ik ook allerlei weiden met schapen aan me voorbij trekken. Brigitte Kaandorp mag het prettig vinden om naar koeien te kijken; een schaap heb ik nog nooit zien steigeren. (Al meen ik me te herinneren dat zij eens ook hard "Bèèh!" heeft geroepen ter ontspanning.) Ook het zich ontdoen van afvalstoffen doet het schaap minder opvallend. Ik vind het prettig om naar een kudde schapen te kijken en me te realiseren dat ik me dikwijls bijzonder druk maak om bijzonder weinig.

Als je echt niet in slaap komt dan kun je schaapjes tellen; dat wil nogal eens werken. Schaapjes zijn dan ook bij uitstek geschikt voor het slapengaan. Probeer het maar eens om koeien te tellen, of paarden, brandweerauto's, ballonnen; dat is toch anders. Andere mensen vallen al gerust in slaap als zingend wordt vastgesteld dat er buitenshuis een melk drinkend schaap staat. Schaapjes hebben een rustgevende werking op de mens. Oh, en vergeet de lammetjes niet: die vinden we altijd extra schattig.

De relativerende werking van het schaap is ook al opgemerkt door enkele cartoonisten en filmmakers. Zo is Jaap Schaap van Leendert Jan Vis een aanrader voor iedereen die van verrassingen houdt - en voor lieden die wil weten wat een randschaap is. Shaun het schaap is minstens even goed voor de gemoedsrust. Als alle andere mensen en dieren in paniek zijn, brengt het lieve jochie alles weer terug tot niets met één opmerking: "Bèèh." Lachen relativeert, om schapen kun je lachen, dus schapen relativeren; dat durf ik hardop te beweren.

Warm
Behalve dat allerhande carnivoren het schaap een buitengewone lekkernij vinden - evenals het lam - is het dier natuurlijk enorm nuttig. Eenieder die niet allergisch is voor wol-alcoholen zal beamen dat de vacht van een schaap weliswaar kriebelt, maar ontegenzeggelijk behaaglijk spul is tegen de kou. Dankzij het schaap zitten we er warmpjes bij. Een schapenscheerder kan voor de worp waarmee hij het schaap bedwingt onmiddellijk een ippon krijgen bij judo, maar het schaap ondergaat zijn scheerbeurt doorgaans gelijkmoedig.

Volgens het bekende liedje heb je al snel drie zakken vol aan een schaap. Het formaat van de zakken wordt daarin niet aangegeven, maar zelfs het baby'tje dat rilt van de kou kan rekenen op wat wol. Dankzij het schaap zitten we er dus warmpjes bij. Schapen hebben dus een recht evenredig verband met warmte.

Besluit
Er zijn allerlei mensen die schapen van alles willen aandoen. Grappen die ten koste gaan van het schaap mag men mij ook besparen. Elke ode aan het wollige beestje begrijp ik - hoe twijfelachtig van kwaliteit die ook is. Wat ik nu ga zeggen, zeg ik met het oog op Kerstmis en de laatste dagen van dit jaar: ik wens iedereen toe dat 2013 het jaar van het schaap wordt, want ik wens iedereen rust, warmte, humor en oordeelvrije anderen toe in het nieuwe jaar.

Zeg: "Bèèh!", als je dit allemaal ook wenst!


maandag 3 december 2012

Vind ik leuk: de mediacoaches van K3!

Mijn dochter, een prachtige peuter, is dol op K3. Over smaak ga ik niet twisten, maar je kunt er niet omheen dat de dames van deze vrolijke zang- en dansgroep al sinds jaar en dag op een behoorlijk hoog niveau acteren, met een zeer kundige en professionele backup van werkelijk uitstekende muzikanten en Studio 100-mensen. Miguel Wiels (nu ook bekend van Paul de Leeuw), Alain Vande Putte en Peter Gillis zijn de vaste, behendige auteurs van het repertoire, waarvan welhaast iedereen - stiekem - wel een liedje van meeneuriën. Alle kritiek op de commercie en ik weet niet wat allemaal en mijn eigen muzikale voorkeur ten spijt: ik heb gewoon respect voor de prestaties, de werkende moeders en voor het feit dat deze act al zo lang weet mee te gaan.

Afijn. Nu heb ik - zoals wellicht nog bekend - ook veel respect voor de goede mediacoach. Mijn dochter denkt nog lang niet na over Facebook en aanverwante toestanden, maar de eerste medialessen heeft ze al binnen dankzij Karen, Kristel en Josje. Op de nieuwe cd Engeltjes staat een liedje Vind ik leuk waarin volop allemaal malle voorbeelden worden genoemd van plaatjes waarmee je op internet kunt staan, vergezeld door de woorden "Vind ik leuk, vind ik leuk, vind ik leuk leuk leuk." Deze zaken worden afgewisseld met refreintjes waarin wordt opgeroepen om toch vooral voorzichtig te zijn met jezelf in de digitale ruimte.

Ik denk dat vooral op basisscholen zo'n liedje best een goede ingang kan bieden voor een gesprek met kinderen die al bezig zijn met experimenten op dit gebied. (Laat ik wel wezen, veel 4 havo-leerlingen van mij hebben aangegeven K3 nog steeds leuk te vinden.) Volgens mij is het liedje zo ook bedoeld en het lijkt me alleszins een goede tip om het op te nemen in je collectie met middelen om kinderen voor te lichten over verstandig handelen met je digitale ego. Lijkt me leuk? Ja! Vind ik leuk leuk leuk.

Klik hier voor de tekst.