donderdag 14 juli 2011

Leestip: over gekonkel, geheimen en georganiseerde haat in de 19de eeuw

Als ik zo zou kunnen schrijven als Umberto Eco, dan had ik dat al lang gedaan. Natuurlijk heeft deze man met De naam van de roos een absolute 10 gehaald, maar het is niet eerlijk om elke roman daarna minder goed te vinden. Het is immers niet gemakkelijk om nog een 11 te krijgen voor iets anders. Toch vind ik De begraafplaats van Praag een absolute 10 waard.

Als je de verwarring van de eerste hoofdstukken te boven bent gekomen heb je door dat er liefst drie vertellers zijn (hoe dat zit is niet leuk om te verklappen). Hoofdpersoon Simonini is echter een Piëmontese notaris én vervalser die via Sicilië (alwaar hij de Garibaldijnse revolutie van dichtbij meemaakt) naar Parijs vertrekt. We hebben het hier dan over de Franse hoofdstad van Napoleon III: de hoofdpersoon maakt de slachtpartijen mee in de dagen van de commune, staat aan de basis van de Dreyfuss-affaire, maar daarvoor ook nog van allerlei andere geruchtmakende zaken waarin politici, regeringsfunctionarissen, clerici en vrijmetselaars er om de beurt van langs krijgen. Aan het begin is het al duidelijk: deze meneer heeft een hekel aan welhaast iedereen. Hij blijkt dan ook diverse keren rustig in staat om gewetenloos mensen te laten doden - of hij doet het zelf - of om ze te laten afvoeren naar de gevangenenkampen bij Frans Guyana.

Degenen die door het hele boek stelselmatig worden beschuldigd van alle kwaad dat overal gebeurt zijn de Joden. Hoewel de titel anders doet vermoeden, speelt het verhaal zich niet af in de Tsjechische hoofdstad; dat geldt echter wel voor de belangrijkste rode draad in het verhaal. Simonini werkt en schaaft gedurende zijn hele leven aan een tekst waarin Joodse rabbijnen 's nachts bijeenkomen op de beroemde Joodse begraafplaats in Praag. Daar zouden zij plannen smeden om de wereldheerschappij op te eisen.

De hoofdpersoon is fictief, maar zo'n document bestaat echt. Deze Protocollen van de wijzen van Zion liggen ten grondslag aan een hele hoop door nationale staten georganiseerd antisemitisme. Waar regeringen vroeger Joden in getto's konden onderbrengen, was dat niet meer mogelijk na de Amerikaanse en Franse Revoluties (schrijf ik op Quatorze Juillet), omdat alle burgers gelijkwaardig werden middels een grondwet. Omdat diverse machthebbers nu altijd behoefte hebben aan een zondebok, werden de Joden via slinksere wegen gestigmatiseerd.

Veel mensen hebben geloofd dat de Protocollen echt waren. Zo heeft aanvankelijk vooral in Frankrijk en Rusland, maar eigenlijk in alle Europese landen, het antisemitisme een sterke basis gekregen. Later heeft Hitler ook nog naar deze werken verwezen in Mein kampf. Hoe dit alles daarna is gelopen weten we helaas allemaal.

Vanuit dit oogpunt bezien vind ik De begraafplaats van Praag een belangrijk boek. Het is niet gemakkelijk om te lezen als je weinig voorkennis hebt op het gebied van vrijmetselaars, katholicisme en politieke en sociale mechanismen aan het begin van de Moderne Tijd, maar je krijgt er wel een hoop inzicht voor terug. Bovendien weet Eco op allerlei momenten de toon toch een soort van lichtvoetig te houden en dat vind ik erg leuk. Simonini is bovendien een geweldige smulpaap en Eco heeft het werk doorspekt met de mafste recepten die worden verorberd in allerlei bekende restaurants. Verwijzingen naar bekende namen als 'Froïd' en 'Goedsche', zorgen dat je goed moet opletten met wie Simonini aan het spreken is.

Een goede, belangrijke leestip voor doorzetters die met dit regenachtige weer liever binnenzitten. Het geeft een geweldig inzicht in de 19de eeuw waarin iedereen wel boter op het hoofd leek te hebben. En het laat goed de gelaagdheid zien van het zondebokmechanisme dat helaas zelfs vandaag nog bestaat; nu zijn het de moslims en morgen misschien wel alle intellectuelen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten